HEILIG, VOL LUISTER (16-12-20)
HEILIG, VOL LUISTER (16-12-20)
We ontvingen als kerkenraad de zoveelste coronabrief van onze classispredikant. De inhoud daarvan bespreken we vanavond, in een ingelast overleg, en de uitkomst, die vooral het al dan niet houden van kerkdiensten met maximaal dertig bezoekers betreft, óf het volledig online gaan, hoort u dan morgen van ons.
Vandaag mijmer ik over een paar regels uit die brief. Over de vraag die we ons als ambtsdragers bij elke ontmoeting zouden moeten stellen in de resterende 33 dagen van deze lockdown: is het echt nodig dat deze ontmoeting fysiek is, of kan het ook online? Kan ik ook bellen? En ik dacht: ik wil er nog een vraag aan toevoegen. Bij alles wat gezegd en geroepen wordt in deze dagen, al dan niet digitaal. Adviezen over hoe we het in de kerk zouden moeten doen. Meningen over het beleid van de regering. ‘Ze’ hadden allang dit, ‘ze’ hadden niet dat, ‘ze’ moeten zus, ‘ze’ moeten zo. En ik dacht. Hou gewoon ‘es even lekker je mond. Ik dacht: vraag je bij elk woord dat je mond verlaat af of het echt nodig is dat het gezegd moet worden. Of het wat toevoegt. Of het goed is voor de ander. Ik dacht. Zou je ervoor kunnen kiezen alleen maar woorden te spreken die wél iets toevoegen? Woorden die dit donker lichter maken. Voor de ander. Voor de wereld waar we nu in leven.
In de brief aan de kerkenraden citeert de classispredikant een lied dat in zijn diensten in deze Adventstijd telkens terugkomt. Met precies dat lied begonnen we afgelopen zondag ook in Oostvoorne de dienst: zoekend naar licht, hier in het duister, zoeken wij U, waarheid en kracht. Maak ons Uw volk, heilig, vol luister, schijn in de donkere nacht…..
En ik dacht. Veel wordt ons nu ontnomen. Maar nog meer is ons gegeven. Ieder van ons heeft de beschikking over woorden, ieder van ons heeft de macht om licht toe te voegen aan deze tijd. Dit is mijn gebed voor deze dag. Maak ons Uw volk, heilig, vol luister.
Marijke van Selm
|