Protestantse Kerk in Nederland
Protestantse Gemeente Oostvoorne
 
 
HERDENKEN (3-5-23) HERDENKEN (3-5-23)

Kijk, zegt hij, dit was mijn vader. Hij houdt me een zwart-witte foto op zijn telefoon voor. Ja, ik zie het goed: een gestileerd hakenkruis op een schild. Dit was mijn vader. Wiking divisie Waffen-SS. En zelf zat ik bij de Hitlerjugend, zo was dat toen. Ik was tien toen ik erbij ging, en twaalf toen de oorlog voorbij was. Die Last Post op 4 mei, die brengt mij nog steeds terug naar de dag dat mijn leven een hel werd. Want zo is het gegaan. Daarna. Een hel.

Hoe moet je houden van een vader die zo onmiskenbaar aan de verkeerde kant van de geschiedenis stond, een vader die veroordeeld werd tot de doodstraf, al kreeg-ie hem uiteindelijk niet. Waar moet je heen als zoon van zo’n vader, met je loyaliteit, met je schaamte, terwijl jij ondertussen de klappen kreeg, na die vijfde mei 1945. Jij kreeg de klappen, letterlijk en figuurlijk. De meester wist het, maar deed niets. De dominee hield zijn mond. En de meisjes zagen je niet staan. Net als je vader, was ook jij veroordeeld. Tot dat ene meisje, dat net naar jouw dorp verhuisd was. En haar vader, die tegen haar zei: als je dáárom je verkering uitmaakt, kijk ik je nooit meer aan. Ik heb jarenlang op 4 mei bloemen op zijn graf gebracht, zegt hij. Hoe dat was, die ene mens die het voor hem opnam. Dat vergeet hij nooit.

Mijn vragen blijven komen, zijn verhalen ook. Over hoe hij als jongen trots was geweest op zijn vader in dat uniform, bij de Slag om Arnhem, hoe zijn vader er zélf altijd trots op is gebleven en nooit, in zijn latere leven, heeft willen praten over zijn beweegredenen. Hoe hijzelf nu eerlijk gezegd met zijn dochter ook niet zoveel over die oorlog spreekt, terwijl hij er toch elke dag mee bezig is. Hoe het in zijn huwelijk geen thema was. Alleen keek hij nooit met haar mee naar de herdenking op 4 mei op tv, want die Last Post, die Last Post.

Hoe hij jaren later op een reünie in zijn dorp door velen niet herkend werd, tot hij ‘SS’ zei, ah, já, natuurlijk. Hoe hem een oudere man had verteld dat zijn moeder, die als NSB’er wist wanneer de razzia’s zouden komen, die informatie geregeld had doorgegeven aan iemand van het verzet, hoe hij zich herinnerde dat hij dat zélf soms moest gaan zeggen bij iemand in het dorp. Maar dat was later, veel later. En of het genoeg is tegenover de schaamte en de boosheid om de gemiste kansen die hem een leven lang achtervolgd hebben, weet hij niet. Ik weet het ook niet, als ik zo naar hem kijk. Ik zou denken van niet.

Daarom. Om alle zinloze doden. Om alle zinloze oorlog. Om alle beschadigde kinderzielen. Daarom zal ik ook dit jaar weer de vlag halfstok hangen. En wenen. Om wat nooit meer heel wordt.

Marijke van Selm

NB: publicatie geschiedt met instemming van betrokkene.







 
terug
 
 
 
Protestantsekerk.net is een samenwerking tussen de dienstenorganisatie van de Protestantse Kerk in Nederland en Human Content Mediaproducties B.V.